Fa waka?

31 maart 2016 - Nieuw Nickerie, Suriname

Fa waka? Hoe gaat het?

Het is hier Paasvakantie. Vanaf Pagwa (23 maart) hebben de kinderen bijna 3 weken vakantie. Dat vinden ze heerlijk. Lekker chillen. Schoolvakantie betekent voor ook even geen werkzaamheden voor de school en de st. Win. Bart moet helaas wel aan de bak. Hij heeft de laatste week vrij genomen zodat we samen met z’n ouders en broer op pad kunnen.

Een heel aantal weken is inmiddels verstreken. Tijd om de reislogger aan te vullen.  Vind je het verhaal te lang, lees dan iedere dag een stukje. Vind je het saai? Gewoon niet lezen of zoals ze zeggen ‘verticaal scannen’ en afsluiten. De kopjes zijn overigens niet op tijdsvolgorde, maar vertellen korte verhalen. Pak een kop koffie (of wat sterkers!) en ga er lekker voor zitten.

Mi wroko
Mi wroko (= mijn werk/ons werk) is inmiddels in volle gang. Bart in het ziekenhuis, het Dankerscentrum en ik voor de Wingroep als vliegende spin (is dat een specie? Enfin… in de volgende reislogger meer over mijn werk). Bijna 3 maanden heeft het geduurd voordat het fitnessapparatuur dat Bart tweedehands namens het ziekenhuis in Nederland had gekocht, naar Paramaribo is gedobberd. Het logistieke deel is ons een raadsel. We zijn blij dat nu alles binnen is zodat de behandelruimtes in het atoso (ziekenhuis, of vertaald: huis van pijn) nu goed is uitgerust. Dagelijks komen er cliënten bij Bart voor fysiobehandelingen; behandelingen worden via de verzekering betaald of zelf betaald wanneer men niet is verzekerd. De baliemedewerkers plannen de afspraken in. Daarnaast loopt Bart bijna dagelijks met de artsen mee langs de zaalpatiënten. Mensen die een beroerte hebben gehad, een ledemaat moeten missen vanwege bijvoorbeeld diabetes, maar ook mensen die een brommerongeluk hebben gehad. Daarbij werkt hij veel samen met de verpleegkundigen en de buitenlandse artsen (veel Nederlandse jonge zaalartsen en artsen die gepensioneerd zijn en zich hier een aantal maanden inzetten). De samenwerking met het huidige team van mensen is leuk. Het mooiste is dat je met z’n allen mensen kunt helpen. Helaas zijn er ook schrijnende gevallen; mensen die niet verzekerd zijn maar ook geen cent te makken hebben en dus niet cash kunnen betalen. Zij worden ongeacht hun aandoening weer naar huis gestuurd en niet geholpen. Nog steeds sterven in Suriname (onder andere) hierdoor relatief veel mensen aan aandoeningen die goed te behandelen zijn.

Yu skoro
De kinderen zijn inmiddels gewend aan skoro (school). Nu hebben ze eindelijk even vakantie na toch 2,5 maanden wennen aan nieuwe regels en gewoonten. Alle drie hadden ze een prachtig kwartaal rapport!
Normaal gesproken begint de school om 08.00 uur in de ochtend en gaat uit om 12.45 uur. De Sint Claraschool is een katholieke school. Iedere ochtend verzamelen de schoolkinderen zich op het schoolplein; per klas. Op toerbeurt mag een klas de Surinaamse vlag hijsen, daarna zingen ze met z’n allen het volkslied gevolgd door een christelijk liedje. Na en masse het kruisje slaan gaan ze allemaal naar hun eigen klas, doen een gebedje, kruisje wordt nogmaals geslagen en dan begint de les. Dit ritueel herhaalt zich iedere ochtend. Binnen enkele dagen zijn de kids kundig in het kruisje slaan en kennen ze het Surinaamse volkslied. Beter nog dan het Nederlandse.
Job, de criticus en flapuit, tijdens het eten: ‘Mam. Ze bidden ook tot Maria. Nou, dat doe ik niet hoor. Ik bid alleen tot Jezus. Maria is ook maar een gewoon mens.’ Oké weer een moment om met de kinderen te hebben over andere culturen en andere religies. Leuk om je kinderen hierin mee te nemen; te horen hoe zij denken en alle veranderingen beleven.

Daar waar in Nederland met weektaken gewerkt wordt en kinderen individueel hun lesjes maken, leren de kinderen hier alles klassikaal. Kun je redelijk goed leren, geen probleem met dit systeem, kun je dat niet dan is dit systeem erg lastig. Individuele aandacht is minimaal. Daniël, Job en Hilde hebben hun eigen huiswerkagenda. In die agenda staat het huiswerk en de geplande repetities… En repetities zijn er veel en vaak! De kinderen krijgen daarom ook maandelijks een rapport waarop veel cijfers prijken. Aan al dat huiswerk moeten ze wel wennen: niets printjes, digiborden of iPad…. De leerkracht schrijft alle lesjes op het groene bord met het voor mij nog bekende krijtje. De kinderen moeten alles overschrijven. Dat moet in rap tempo; houd je het niet bij dan mis je delen en kun je thuis je huiswerk niet maken of leren. De eerste weken hadden ze rode plekken op hun vingers van het schrijven. Ook dat went. De kinderen hebben voor alle vakken schriften en boeken (die allemaal gekaft moesten worden, dus maal 3!

‘HE JIJ, STIL ZITTEN!’ Dat is een leerkracht die door de klas schreeuwt. ‘BOEK EN SCHRIFT PAKKEN EN AAN HET WERK. JE MOET GOED WERKEN ANDERS GA JE NIET OVER!’, is een zin die meerdere malen per dag door de leerkracht wordt geuit. Kinderen worden niet vaak individueel aangesproken en even op de schouder aangeraakt: He Piet, nu genoeg gekletst. Volgens mij wacht een rijtje sommen nog op een antwoord van jou.’ Nee, er wordt gewoon hard geschreeuwd. HE WAT ZEG IK!? Degene die ‘HE’ is moet dan vervolgens braaf: ‘Ja juf’ zeggen. Dat duurt een paar minuten voor er weer geschreeuwd wordt. Geen wonder dat de kinderen ook schreeuwen… ’t Wordt hun voorgedaan. Zowel op school als vaak ook thuis…. Tsja, ook onze kids hebben de neiging om thuis nu hard te gaan schreeuwen en dat mogen wij hun weer af te leren.

Vriendjes op school hebben ze alle drie. Dat is leuk te zien. Na schooltijd wordt er niet gespeeld. Dat is hier niet gewoon; je gaat naar huis, je eet en je gaat slapen, je maakt je huiswerk en doet huishoudelijke klusjes en je gaat (wanneer dat financieel mogelijk is) naar een sport. Daar ontmoet je je vriendjes weer. Hieraan moeten de kinderen erg wennen. Gelukkig komen er nu langzamerhand wat kids toch spelen aan het einde van de middag of in het weekend. Grappig de kinderen die komen noemen me ‘tante’. Dat is hier heel gewoon en is een teken van respect.

Het weer leent zich uitstekend voor zwemmen en watergevechten met waterballonnen. De buurjongens vonden dit geweldig en deden volop mee samen met een vriendje van school. ‘He boy!’ Kijk hier komt ie’, gilt Daniel naar buurjongen Ryan. Dit doet ie al met een Surinaamse intonatie, waarbij jongens onderling elkaar niet met hun roepnaam aanspreken maar met ‘boy’.  Job, die dit overdreven vindt, kijkt op zo’n moment fronsend naar zijn broer: ‘Doe ff normaal zeg!’  

Omeni wan?
Omeni wan? Wat kost het? Dat is een vraag die de meeste Surinamers zich dagelijks stelt. Met de economie gaat het niet goed. De Surinaamse dollar is gedevalueerd en de prijzen voor levensonderhoud zijn gemiddeld met ruim 30% gestegen. Dat is bij iedereen te voelen. De srd’s vliegen je portemonnee uit! Een gemiddeld inkomen ligt rond 1500 srd (nog geen 300 euro) per maand. Dat is niet veel als je rekent dat de producten in de winkels duurder zijn dan in Nederland. Niet voor niets wordt er veel bijgebeund en worden srd’s bijeengeschraapt. Geen wonder dat mensen gaan bezuinigen op bijvoorbeeld ziektekosten. Zorgelijk.
Het is maar goed dat veel mensen een eigen kostplaatsje (groentetuintje) hebben om te eten en de restanten te verhandelen op de markt. Datzelfde geldt voor diverse huisdieren als geiten, schapen, kippen en eenden, zoals onze buren aan beide zijden.
Toch laat een Surinamer niet snel het hoofd hangen. Het leven bij de dag is soms zo gek nog niet, dat geeft een stuk minder kopzorg dan je zorgen maken over een paar maanden verder. ‘Maak je geen zorgen over de dag van morgen, want elke dag heeft genoeg aan zijn eigen zorgen’. No span!

Buurman en buurman
We wonen aan een leuk zandweggetje, in een knus leuk geel huisje met natuurlijk een hangmat, dichtbij het zwembad en de tennisbaan. Onze beide buren maken onderdeel uit van de 80% Hindoestanen die hier in Nickerie wonen. De anderen zijn Javanen, Creolen, Chinezen, een enkele Boeroe (afstammelingen van Nederlandse boeren die hier zijn geweest en die bijvoorbeeld het irrigatiesysteem van de rijstvelden hebben aangelegd).

Aan beide zijden hebben we dus Hindoestaanse buren. De ene is een Hindoestaanse moslim (ik noem em maar buurman 1) zonder de bekende Hindoestaanse vlaggen in de tuin, de ander (buurman 2) hangt nog de Hindoestaanse religie aan. Daar vind je dan wel van vlaggen waarbij iedere vlag een god vertegenwoordigt. Bij de vlaggen kun je dagelijks bidden. Als we elkaar over de schutting roepen is het vaak ‘dag buurman, dag buurvrouw’. Hé buurman, he buurvrouw! Buurman 1 heeft een vrouw, twee kleine kinderen, werkt als ambtenaar bij de gemeentelijke groenvoorziening, houdt schapen en geiten als bijverdienste. Die beestjes grazen hier langs de slootjes en als ze wat ‘gegroeid’ zijn worden ze geslacht. Wel halal natuurlijk. Dat betekent dat deze buurman geen eenden of kippen heeft. Want die mag je niet samen met de viervoeters houden. Van hen hebben we al een keer roti met schapenvlees gehad. Dat was lekker.
Buurman 2 doet als oud-militair die gevochten heeft in de oorlog van de jaren 80 vervangende werkzaamheden voor de overheid. De granaatscherven in zijn lichaam maken het voor hem niet meer mogelijk als militair een bijdrage te leveren. Hij heeft een vrouw en twee tienerjongens, 4 honden (die ontiegelijk veel blaffen!), eenden voor de slacht en een klein groentetuintje. Zij hebben onlangs bij ons pannenkoeken gegeten omdat ze ook weleens de Nederlandse manier van bakken wilden proeven. Buurman en buurman zijn aardige mensen en geven ook de vriendelijkheid weer van de mensen hier in Nickerie. In tegenstelling tot het gelijknamig animatieserie zijn onze buren goede klussers en verzorgen ze hun eigendommen goed. Rijd je in Nickerie rond, dan zie je veel woningen geschikt voor het programma Help mijn man is klusser!

Bigi Pan of bigi pech
Natuurlijk moet je hier naar Bigi Pan. Een prachtig groot meer waar je fantastisch vogels kunt spotten. In een kleine sloep gingen we op pad of liever we voeren door een smalle waterstraat omgeven door mangroven. Dinesh, verpleegkundige en collega van Bart, neemt ons mee naar Bigi Pan. Prachtige vogels vliegen voor onze boot uit: verschillende reigers, buizerds, snippen. Het lijkt wel een symfonie van bewegingen, kleuren en geluiden. Groots. Het maakt mij stil, genietend van Gods schepping. Kijk naar de foto’s dat zegt zoveel meer.

Stil zitten in een sloep is soms wel lastig…vooral als je het gevoel hebt alsof er in je achterwerk geen gevoel meer zit en dit zich één heeft gemaakt met de plank die als bank dient. De kinderen gaan als een vertraagde wave heel voorzichtig een voor een staan, wiebelen even met de billen heen en weer en gaan zitten. Ik waag het maar niet op te staan en verbijt de pijn in mijn toch wel met vet gevulde billen.

Op het meer zie je zo’n 5 a 6 hutten op palen. Speciaal voor vissers en toeristen die dit gebied bezoeken. We leggen aan bij een hut dat z’n beste tijd heeft gehad. Slepen onze drank- (niet te verwarren met drank!) en voedselvoorraad op het dek. Dinesh heeft 4 hangmatten meegenomen om te chillen. Daarnaast een buks om te schieten op een fles die aan een touwtje bungelt. Job heeft talent en schiet het meeste raak.

Met z’n vijven kruipen ze in het bootje om te gaan vissen; dat betekent het uitzetten van een net. Lui vanuit de hangmat volg ik hun. Na enkele uren, zo blijkt later, is het netje gevuld met veel krab en vis. Bij het binnenhalen van de netten helpt Bart Dinesh. Ze lopen met blote voeten door het water dat tot aan de knieën komt. Totdat Bart op iets scherps stapt. Bij terugkomst blijkt hij een flinke jaap achter zijn dikke teen te hebben. ’t Bloed stroomt eruit en de wond moet zo snel mogelijk gehecht worden om infecties te voorkomen. Terug met de boot naar Nickerie duurt wel eventjes. Gelijk hechten is beter. Toch handig dat Dinesh verpleegkundige ‘op de spoed’ is… hij heeft naald en draad bij zich. Als Florence Nightingale help ik hem en puf met Bart mee om de pijn weg te puffen. Zonder verdoving wordt de naald door het vlees gehaald. Bart kreunt en verbijt zich heldhaftig (zelfs zonder Haagse krachttermen)… nog een keer , nog een keer en nog een keer...Grijnzend merkt Dinesh op dat de klus is geklaard. Natuurlijk moeten we dit ff vastleggen met onze smartphones terwijl Bart ligt bij te komen van de pijn. Vraag je je af waar het woordje ‘leedvermaak’ vandaan komt?

Bootje varen … bootje weg
De combinatie Dinesh en wij is hilarisch. Er gebeurt altijd wel wat. Op een andere vrije dag hadden we afgesproken om de rivier op te gaan; een dagje zwemmen en vissen. Bij eb konden we bij de monding van de Atlantische oceaan op ‘een strandje’ lekker luieren, zwemmen en vissen. Zo gezegd zo gedaan. Dit keer gingen de twee kinderen van Dinesh mee en ook Rianne zijn Nederlandse vriendin. Hoe meer zielen hoe meer vreugd. Rianne haalt ons op. Snel even langs de wowojo (markt) om van allerlei lekkers te kopen. We rijden zo’n tien minuten en komen bij een steiger. Daar is Dinesh met z’n boot. Al glibberend gaan we de schuin lopende steiger af, klauteren in de sloep en verdelen het menselijk gewicht in de sloep zodat we op de rivier ook nog vooruitkomen.

We varen de rivier af tot aan de monding. Helaas kunnen we niet helemaal tot het strand varen. Daarom leggen we zo 100 m van het strandje de sloep vast aan een tak die uit het water steekt. Met onze onderbenen in de dikke slib proberen we zo elegant en zelfverzekerd richting het strand te lopen. Gelukkig lopen de mannen nog een keer om de koelbox met eten te halen. Op het strand lijkt het alsof er een storm heeft gewoed en restanten zijn blijven liggen. Allemaal spullen aangespoeld. Jee, wat kunnen mensen er toch een klerezooi van maken: een glaswinkel en een kledingzaak zijn er niets bij. Mocht je nog een auto- of tractorband nodig hebben. Geen probleem. Ik kan je er zo een leveren mét profiel. Als ik die rommel zie, kan ik me vreselijk boos maken! 

Oké, we waren een gezellig dagje uit.  Eerst al het glas op de vierkante meters waar de kinderen wilden spelen en zwemmen opruimen. De mannen en gaan verderop hengelen en wij slenteren wat rond wachtend tot het water weer opkomt tot aan het strandje. Dan pootjebaden, zwemmen, hengelen… ‘Dinesh, de boot zie ik niet’, zegt een oplettende Job. ‘Oh jawel, ik heb em daar... ‘ zegt Dinesh wijzend naar de plek waar de boot zou moeten liggen. Oh shit, bootje weg. Inmiddels dreef de boot midden op de grote rivier en stevende af op een tanker die aan de overzijde van de rivier voor anker lag. En het wordt snel vloed en dan is ook geen strandje meer… Slik.
Iets verderop zien we vissers hun netten aan het controleren. Bart schreeuwt en gooit z’n armen in de lucht… Eindelijk zien ze ons. Met gebaren wijzen we. Natuurlijk willen ze helpen…. Maar wel tegen betaling. (Niets is hier voor niets!)  Ze pikken Dinesh op en brengen hem naar z’n boot. Nu wordt de boot steviger vast gemaakt. Nog even zwemmen, waarbij we niet alleen het opkomend water in de gaten blijven houden.

Vermaak
In Nederland hoef je jezelf niet te vermaken, het aanbod aan fantastische uitjes uit, speelparken, bioscopen is enorm. We worden vermaakt. Dat is hier wel anders. Zeker in Nickerie: geen pretparken (of je moet de twee tuintjes met oude schommels definiëren als pretparken), bioscopen, theaters, schouwburgen, laat staan legodagen, k3 bijeenkomsten. Nee, hier moet jezelf leren vermaken met als enige attractie een voetbalveldje, de tennisbaan en het zwembad. (Oké in ons geval ook een serie kinderdvd’s en een PlayStation). Het was even wennen en even mopperen. Maar nu is het prima. We spelen veel spelletjes en kijken dvd’s; Bassie en Adriaan zijn daarbij de beste vrienden die je in ons huis kunt vinden. Tenminste volgens de kids. In onze vrije tijd koelen we af in het zwembad en slaan een balletje op de tennisbaan. Dan, onze tennisleraar geeft ons met veel geduld les. Zelfs ik, geen uitblinker in sport en nog nooit een tennisracket in handen gehad, vind het spelletje leuk en weet veel ballen ook nog te raken. Hilde slaat ook al aardig de ballen over het net. En iedere keer als ze dat doet, grijnst ze trots met haar twee kuiltjes in de wangen.

Surinamers houden van feestjes. Gelukkig dat het land een multiculturele bevolking heeft: veel religieuze feestdagen! Feesten en gezellig elkaar ontmoeten. Alhoewel in de taal het woordje ‘moeten’ in een gebiedende vorm veelvuldig voorkomt, houden ze ook van ont-moeten. Economische crisis of niet. Bij ieder feestje (en schaar hier ook de kerkdiensten maar onder) hoort in ieder geval eten en muziek. In het weekend bakt men zelf heerlijke hapjes, koopt Djogo’s (literflessen bier) en soda ’s en gaat met de hele familie in de auto naar het plein. De zitjes in het park worden daar volop benut; kofferbakken van auto’s worden opgezet en dienen als extra zitplaatsen. Muziekboxen die in de auto’s staan knallen vele genres van muziek uit hun speakers Met name muziek met een hoog ‘bollywood gehalte’; zangeressen met een hoge kinderlijke harde stem produceren heel wat Herzen, die mijn klassiek geschoolde oren (nog) niet kunnen bekoren. Maar wat niet is kan komen. Alhoewel ik de kans klein acht. Net zo klein als dat ik ooit van de liedkunst van Andre Hazes en Frans Bouwer ga houden. Zo heeft ieder zijn smaak van vermaak. Mooi houden zou.

Pagwa en Pasen
Pagwa is net gevierd. Holika gaat vooraf aan Pagwa. De avond ervoor wordt een heks (volgens Hindoestaanse rite) verbrand (Holika). De heks staat voor het kwaad/het verkeerde van de mens in het afgelopen jaar. De volgende dag wordt het as gebruikt door de priesters om zich in te smeren; een teken van een nieuw begin. Aangezien as grauw is (mooi taalgebruik he?) verkiest de bevolking voor vrolijke kleuren poeders. Je draagt oude kleren en iedereen mag je in het voorbijgaan je bestrooien. Voor Hindoestanen is dit een soort religieuze nieuwjaarsviering van hoop en een veelkleurig nieuw begin.

Bart en Daniel gingen bij de Holika verbranding kijken. Job en Hilde niet. De volgende dag gingen we natuurlijk kijken hoe pagwa gevierd werd met als hoogtepunt aan het einde van de dag een bonte verzameling van mensen aan ‘de zeedijk’; veel hindoestanen komen hier bijeen, lopen naar hun tempel, nemen een plons in zee of trekken nog een biertje open. Bijzonder om te zien.

Pagwa is voor de Hindoestanen een nieuw begin. Pasen is dat voor christenen. Op Paaszondag zijn we naar een kerkdienst van de Evangelische Broedergemeenschap geweest in een mooi pittoreske houten kerkgebouw. Veel mensen zijn op deze dag wit gekleed. ‘Wij kunnen zeggen ‘vrolijk Pasen‘ omdat Jezus voor ons is gestorven maar ook weer is opgestaan!’, roept de corpulente voorganger. ‘Halleluja, amen, jaja! wordt er uit de gemeente instemmend geroepen tijdens de preek die volgt. En ik zou persoonlijk zeggen: Amen, brother! De liederen die gezongen worden zijn voor onze Hollandse oren bekend en fijn om mee te zingen... al stoot Hilde me regelmatig aan en fluistert met een frons: ‘Niet zo hard mam!’


Na de dienst halen we de taarten op die Bart de avond ervoor heeft gebakken en fietsen naar een groep kennissen, zowel Surinamers als bakra’s(blanken), voor een paasbrunch die wordt afgesloten met het kijken naar een motorcross langs … ‘de zeedijk’. Half Nickerie is hierbij aanwezig.

Nickerie is bijzonder.
Wij vinden het nog steeds bijzonder om hier te zijn en te leren. Dus: Fa waka? Bun!

Foto’s

8 Reacties

  1. Rita:
    31 maart 2016
    Wat een fantastisch verhaal over jullie leven daar! Prachtig om te lezen!
  2. Hanna:
    1 april 2016
    Heel mooi om jullie verhaal te lezen.
    Wat een avonturen en tegelijkertijd 'het dagelijkse leven' met de kids.
    Leuk om op zo'n grote afstand toch mee te kunnen lezen en leven.

    liefs van Hanna
  3. Jakob en Corrie:
    1 april 2016
    Erg leuk om jullie belevenissen en alles wat daar bij hoort op deze manier te volgen.
    Groetjes, Jakob en Corrie
  4. Gerda van den Bosch:
    2 april 2016
    Wat een gezellig verhaal, ik zie jullie daar bijna rondlopen! Groetjes en veel plezier met de familie!
  5. Rob en astrid:
    3 april 2016
    We hebben weer genoten van jullie verhaal! Bedankt daarvoor!
  6. Liesbeth:
    9 april 2016
    Wat een weer mooi verhaal en zo te lezen zijn jullie al aardig gesetteld
  7. Harm en Koosje:
    12 april 2016
    we hebben jullieverhaal gelezen wel een heel ander leven als hier ook voor de kinderen hoe bevalt de warmte went dat al zyn opa en oma er nog?ik begin weer op te knappenheb veel meegemaakthet lopen gaat weer beter teresia helpt my goed we gaan nu weer in de fisio werken hou ons op de hoogte van jullie leven daar we missen jou nog steeds het ga jullie goed
  8. Janny:
    20 juni 2016
    Zo te lezen hebben jullie al van alles meegemaakt. Leuk om jullie zo te volgen.
    Veel geluk voor jullie samen.
    Groetjes Janny